Steenwijker Fanfarekorps
Tot Steun in de Strijd (TSIDS)
Tot Steun in de Strijd door Jurjen Tiesnitsch Beeldmateriaal en vormgeving:
Lebbert van Dalen. In het begin van de vorige eeuw waren er voor de arbeiders
weinig of geen culturele verenigingen. Doordat de werknemers zich steeds meer
gingen organiseren, ontstond er langzamerhand de behoefte om ook op het gebied
van zowel toneel als muziek, activiteiten aan de dag te leggen.
En zo gebeurde het dat in Steenwijk een korps van socialistische signatuur werd
opgericht op 26 februari 1918 onder de naam Tot Steun in de Strijd, maar aangezien
dit een ‘mondvol’ was, gebuikte men meestal de benaming TSIDS of kortweg: Steun.
Het was grotendeels de voortzetting van het in 1916 ter ziele gegane Steenwijker
Fanfarecorps, dat door tegenslagen als gevolg van de mobilisatie in 1914-1918, het
hoofd niet boven water had kunnen houden De initiatiefnemers van de oprichting van het nieuwe korps, dat de spreekbuis
moest zijn van de moderne arbeidersbeweging, waren de heren G. List, R. Scheenstra, B. Soetenhorst en H. de Vroome.
De oprichting van de arbeidersmuziekvereniging, waarbij ook de Steenwijker Bestuurdersbond was betrokken, is geen sinecure
geweest, want waar moest het bedrag van ƒ 400,= vandaan komen, waarmee de instrumenten van het ontbonden Steenwijker
Fanfare- corps betaald moesten worden?. Toch is het uiteindelijk gelukt om een bloeiende muziekvereniging van de grond te
krijgen. Vanaf 1925, toen het korps zich bij de Federatie van Harmonie- en Fanfarekorpsen aansloot, zijn de muzikale prestaties
van het korps nauwkeurig bijgehouden. Toen na de dirigenten B. Soetenhorst en J. Groenendaal, de heer J.C. van Kerkvoorde
vanaf 1922 de dirigeerstok hanteerde, heeft het korps in de periode van 1925 tot 1937 bijna jaarlijks
een concours bezocht. In 1927 behaalde Steun op het concours in Zwolle twee eerste prijzen.
De voortvarende Van Kerkvoorde wist heel wat uit zijn mensen te halen. Speelde het korps in 1925
nog in de Vierde Afdeling Fanfare, in 1932 was het opgeklommen naar de Eerste Afdeling.
In dat jaar behaalde het in Almelo twee eerste prijzen! Van Kerkvoorde was een zeer geziene
dirigent. Hij was de zoon van J.J. van Kerkvoorde, die in 1890 het Steenwijker Fanfarecorps had
opgericht. Van Kerkvoorde jr. heeft van 1922 tot 1945 de scepter over TSIDS gezwaaid.
De jaren 1940 tot 1945 verliepen voor het korps minder voorspoedig omdat de bezetter tijdens
deze periode het culturele leven nagenoeg monddood had gemaakt.
Na de bevrijding nam de heer D. de Geele de muzikale leiding van Steun over, maar niet voor lang:
kort na zin aanstelling werd hij opgevolgd door de heer H. Posthumus. Onder zijn leiding heeft TSIDS eenmaal een concours (in
Laag Soeren) bezocht, maar helaas moesten de muzikanten genoegen nemen met een tweede prijs en dat betekende: geen
promotie. Dit zou tot 1960 op zich laten wachten. Tal van evenementen werden door Steun muzikaal omlijst: de opening van de
weg Steenwijk-Blokzijl op 22 april 1950, de jaarlijkse intocht van Sint Nicolaas, de ontvangst van de ouderen na hun jaarlijkse
uitstapje en de Avondvierdaagse die in Steenwijk een jaarlijks hoogtepunt vormde en de muzikale bijdrage aan de viering van
Steenwijk 700 jaar stad in 1955 zijn enkele voorbeelden hiervan. In de jaren vijftig werden er twee jubilea gevierd.
In 1953 bestond de vereniging 35 jaar. In hotel Centraal werd een receptie gehouden, waarbij drie van de vier oprichters
aanwezig waren: de heren G. List, R, Scheenstra en oud-voorzitter H. De Vroome. Ook de ouddirigent. de heer J.C. Kerkvoorde,
woonde de bijeenkomst bij. Er werden 31 bloemstukken en 26 enveloppen aangeboden. Een grote verrassing was dat de
Christelijke Muziek Vereniniging Crescendo, een zustervereniging waarmee niet altijd even warme contacten mee bestonden, het
jubilerende muziekkorps een serenade bracht!. In datzelfde jubileumjaar werd Steun getroffen door een zware slag toen
voorzitter Jan Jongendijk plotseling overleed. Zijn opvolger werd de heer H. Pit. Inmiddels was er een nieuwe dirigent benoemd,
omdat een aantal leden ontevreden was over de muzikale prestaties. De keuze viel op de heer L. Kramer uit Leeuwarden. In de
Friese hoofdstad was hij dirigent van de Leeuwarder Politiekapel. Een man met kennis en een krachtige dirigeerstijl, niet altijd
gemakkelijk, maar recht op het doel af. Onder zijn gezagvolle leiding groeiden de prestaties zienderogen.
Deelname aan het concours in Coevorden leverde 103 punten op en dat betekende een eerste prijs!. In 1957 werden
verschillende secties geheel of gedeeltelijk van gloednieuwe instrumenten voorzien. Hiervoor had de gemeente een renteloos
voorschot van f 4000,= verstrekt. In datzelfde jaar ging Steun opnieuw de strijd aan tijdens een
concours in Hees bij Nijmegen, maar helaas moest men zich tevreden stellen met 93 punten en
daarmee was de hoop op een promotie vervlogen. In 1958 vierde men het veertigjarige jubileum.
Ook nu werd de receptie in hotel Centraal gehouden. Van de oprichters was alleen nog de
hoogbejaarde heer G. List aanwezig. Piet Jongendijk, Peter Leeuwerink en Cornelis Oost die van
begin af aan lid waren van de vereniging, werden bij deze gelegenheid flink in het zonnetje gezet en
Willem Bakker en Moos de Vroome vierden bij deze gelegenheid hun vijfendertigjarige
lidmaatschap. Het concours in dit jubileumjaar dat in De Wijk werd gehouden, leverde wederom
geen hoge ogen op. Één van de leden herinnert zich hiervan het volgende: “Wij waren erg
gespannen. De dirigent gedecideerd en naar ik meen ook enigszins nerveus. Met zijn dirigeerstok
probeerde hij goede prestaties af te dwingen, het wilde niet echt goed lukken. Wie het was of wie weer hij niet goed meer, maar
opeens merkte ik dat er iets heel erg fout ging. Kramer keek vel en uite bittere klanken. Ook deze ogenschijnlijke zo rustige man,
liet zich in het vuur van de strijd even flink gaan. ‘t Was ook maar een mens. Streng, resoluut ,maar ook emotioneel. “een
promotie dus. In 1959 werd de heer Kramer vervangen door de heer J. Hogerheyde uit Meppel en overleed de heer Timmerman,
de leider van de drumband tengevolge van een tragisch ongeval.
De heer Brinkman, instructeur van de Militaire Drumband van de Johan van den Kornputkazerne, volgde hem op. Hogerheyde
begon enthousiast en bouwde succesvol voort op de fundamenten van zijn voorganger, de heer Kramer. Hierdoor maakte hij
goede sier tijdens het concours in Haarlo. Kramer had gezaaid en Hogerheyde oogstte. Steun behaalde met 101 punten de
eerste prijs en bereikte met dit resultaat de Afdeling Uitmuntendheid. Grote vreugde alom. In 1961 brak er voor de Steenwijker
korpsen een groot gebeuren aan: op 25 april van dat jaar werden nieuwe uniformen aan de bevolking van de stad Steenwijk
gepresenteerd. Voor deze gelegenheid had Steun een ambitieuze show ingestudeerd en met succes uitgevoerd.
Deze werd dan ook enthousiast door het publiek begroet. Het gevolg was dat het korps werd uitgenodigd in Blokzijl en Nijeveen
om daar de show opnieuw te presenteren. Drumband en fanfare maakten hierdoor meer bij elkaar betrokken. In deze periode
maakte Steun een bloeitijd door. Maar hoe vreemd kan het gaan niet lang daarna trad er een kentering op. De jaarlijkse
uitvoering in het Roxy theater trok in de loop van de jaren zestig steeds minder bezoekers. De repetities werden steeds slechter
bezocht, ook de dirigent was vaak afwezig en de instructeur van de drumband vertrok. In 1966 was de animo tot een nulpunt
gedaald. “Een droevig verschijnsel, “met ons vijftigjarig bestaan in zicht” zo vermeldde secretaris Peter Leeuwerink de nog steeds
betrokken muzikant en werker van het eerste uur in zijn notulenboek.
“Laten we echter de moed niet laten zakken en eendrachtig
samenwerken, geregeld de repetities bezoeken, misschien schijnt dan
de zon ook nog eens weer voor TSIDS”. Maar de zon brak niet door. Het
bleef schemerig en later zou de duisternis invallen.
In 1967 maakte het korps een absoluut dieptepunt door.
Tijdens de Avondvierdaagse was Steun niet meer in staat voldoende
mensen op de been te brengen om aan dit traditionele gebeuren een
bijdrage te leveren. Zou het korps zijn vijftigjarig jubileum nog
meemaken? Velen twijfelden hieraan. Maar toen trad op initiatief van de
heer Jan Bruinewoud een commissie naar voren die het tij trachtten te keren. Hij en een drietal andere, toen nog jeugdige
mensen, te weten Piet Jongedijk jr., Jan de Vries en Henk Ymker, probeerden het korps nieuw leven in te blazen.
Er werd een datum vastgesteld voor een uitvoering en receptie ter gelegenheid van het vijftigjarige bestaan van TSIDS.
Het Vrije Volk melde naar aanleiding van de jubileum bijeenkomst in het Roxy theater: “Steenwijks Fanfarekorps Tot Steun in de
Strijd is de inzinking weer te boven; het jubilerende korps speelt weer als vanouds. Henk Ymker, de nieuwe voorzitter, kon zich
verheugen in een grote belangstelling voor het jarige korps. Waarderende woorden waren er voor de heren P. Leeuwerik en C.
Oost, beiden 50 jaar- dus sinds de oprichting lid van Steun. De heren P. Bruinewoud en H.J. Meekhof werden eveneens in het
zonnetje gezet vanwege hun veertigjarig lidmaatschap. Vrolijk klonk tijdens de feestelijke uitvoering de Amboss Polka en de
marsen die ten beste werden gegeven, gaven aan het ge-heel weer zijn oude glans. Was het dan toch gelukt? Helaas niet!
Nog in dat zelfde jaar moest het idealistisch ingestelde bestuur (L. van Dalen, R. van Gaasteren, C. en P. Jongedijk, P. Leeuwerik, J
de Vries en H. Ymker) tot zijn grote spijt vaststellen dat het korps niet meer levensvatbaar was.
In 1971 waren alle formaliteiten afgewikkeld en werd de Steenwijker fanfare Tot Steun in de Strijd officieel opgeheven.
“Waarom?”, zo vragen velen zich anno 2010 nog steeds af. De films op tv zouden een geduchte concurrent voor de repetitieavon-
den zijn geweest, de aantrekkingskracht van het moderen , populaire genre zou de animo voor de traditionele fanfaremuziek
doen afnemen, er gingen minder krachtige impulsen van de dirigent uit, de ontzuiling eiste zijn tol…. Allemaal verklaringen.
Maar wel was het voor velen betreurenswaardig dat Steenwijk een belangrijke cultuurdrager had verloren en wel één met een
markante signatuur met een ‘stem’ die niet meer muzikaal omlijst kon worden door een eigen klank.
Op 17 april 2010 hebben ruim vijfendertig oud leden de reünie van TSIDS, deels met hub partner in de Meenthe te Steenwijk
bijgewoond om herinneringen op te halen aan die tijd dat dit korps een rol van betekenis in de Steenwijker samenleving speelde
en om te kijken naar een tentoonstelling met beelden uit vervlogen tijden.
Piet Jongedijk, zoon van de oudvoorzitter is de initiatiefnemer van deze bijeenkomst. Hij heeft een reüniecommissie samenge-
steld bestaande uit twee mensen die een kleinzoon zijn van de man die één van oprichters van TSIDS was, namelijk Ruud
Scheenstra en Henk Ymker. De andere commissieleden zijn de oud bestuursleden Lebbert van Dalen en Jan de Vries en Jur
Tiesnitsch, oud lid